Op deze pagina's is het archief van DW B terug te vinden. Voor de actuele website ga naar: http://www.dwb.be

Een woord

                                                                                                             ??? but I simply cannot get used to
                                                                                                             the nightly betrayal of reason, humanity, genius.

                                                                                                             Vladimir Nabokov

De afgelopen jaren was de slaap steeds moeitelozer geworden, steeds veelvuldiger en ongeremder ??? totdat hij op een dag besefte: ik ben verslaafd aan slapen.
       Was het mogelijk? Bestond er zoiets als verslaping ??? flauw ??? maar inderdaad: hoe meer hij sliep, hoe vermoeider hij werd, en hoe vuriger hij naar nog meer slaap verlangde.

Dat besef ging vergezeld van een besluit, dat als een afgelegd halssnoer in een juwelenkistje werd opgeborgen: ??? er was iets mis met deze slaap, het was zelfs geen slapen meer maar iets anders, iets minderwaardigs, iets wat zijn naam nacht na nacht minder waard was, en dat hem, de man die het telkens weer overviel, steeds dichter bij de totale uitputting bracht.
       Het was dus, zoals zo vaak, een woord waarnaar hij op zoek was; een woord dat een betekenis zou openbaren, en met die betekenis was langs een heel dun en waarschijnlijk ook erg lang snoer, een oplossing verbonden ??? en daarmee: een einde.

Hij dacht het woord gevonden te hebben toen het maar bleef terugkeren, in interviews, weekendbijlages en nagespeelde nieuwsberichten: ??? een aandoening, een kleine verstikking, honderden keren per nacht, zodat de zuurstoftoevoer naar de hersenen belemmerd wordt, en de slaap waardeloos. Hij liet zijn huisarts een afspraak maken met de slaapafdeling van het universitaire ziekenhuis, en pas maanden later was hij welkom: hij was lang niet de enige die in het web van het woord terecht was gekomen.

Op de veertiende verdieping, hoger lag alleen nog het zelfbedieningsrestaurant. Traag, met zijn tas in de rechterhand, liep hij door de gangen van de afdeling longziekten, tot een samenscholing van witte uniformen, als een wazige, bleke vlek in de verte, hem tot staan bracht.
       ???Aha,??? zei de hoofdverpleegster ??? kort borstelig en donker haar, brede boezem die niet afnam ten voordele van de rest van haar lichaam, een schrijfplank met een tot grijswaarden gekopieerd invulblad onder de papierklem ??? ???aha,??? zei ze, ???die meneer ziet er erg moe uit, die komt om te slapen.???
       Ook hier spreken ze nog van slapen, dacht hij, terwijl hij, alleen op zijn kamer, in afwachting van de nacht en de procedure, zijn gezicht onderzocht in de spiegel, huidplooien verschoof, tandvlees ontblootte, wolkjes vet plette, oogleden oprekte tot gespannen elastiekjes. Zie ik er werkelijk zo moe uit, dacht hij. Of zag die vrouw dat ik geen longpati??nt ben, en heeft ze zo, ad negativum, uitgemaakt dat ik kwam voor een slaaptest?

De tijd leek niet meer te willen verstrijken. Zelfs het eten van de boterhammen die hij om kwart voor vijf kreeg, nam niet meer dan enkele minuten in beslag. Het televisie kijken was hij sinds zijn kinderjaren verleerd: onbegrijpelijk was het tempo van de uitspraken, de afwisseling van beelden, de explosies van voorvallen die hij nooit zou ervaren, maar waarover tientallen onbekende mensen gretig verslag uitbrachten. Op de roman die hij had meegebracht, kon hij zich niet concentreren.
       Levenloos, slap, aan haar lot overgelaten, wachtte naast het bed de apparatuur, en de bedrading, die straks als een gloeiend harnas rond zijn lichaam geplooid zou worden. Niets werd vooralsnog met niets verbonden: gulzig en onsluitbaar wachtten stopcontacten op stekkers, gaatjes op pinnetjes, toevoer op aan- of afvoer. De deur van zijn kamer stond open, maar hij lag op een uithoek van de afdeling, want zelden schuifelde er iemand voorbij op de gang.
       Door het raam zag hij de andere hoge vleugels van het gebouw, en beneden, in de diepte: de lage paviljoenen, later opgericht, als nageboortes van het ziekenhuis, voor nieuwe wetenschappen, proeven en ziektes. In het licht van de late namiddagzon kregen de halfhoge bomen tussen de bebouwing iets mediterraans, iets vervagends, alsof ze in bellen van dikke warme lucht stonden.

Het was onmogelijk om op zijn kamer te blijven, en zacht, stiekem, ging hij op zoek naar de uitgang.
       Na een perfecte, ronde ommegang door de afdeling, stond hij onverrichter zake weer voor dezelfde deur. Naast zijn kamer lagen nog twee, waarschijnlijk volstrekt identieke ruimtes. En daarnaast bevond zich ??? wat hij nu pas opmerkte: de controlekamer, die met een groot langwerpig raam uitkeek op de gang, en met een veelkoppige, elektronische en nagenoeg kamervullende machine verbonden was met de cellen waarin de pati??nten straks, als het donker werd, iets zouden doen wat vooralsnog onbenoemd bleef.
       Hij klopte op de deur van dit zenuwcentrum, en vroeg aan het meisje achter de klavieren en de schermen: ???Mag ik nog even naar buiten, alstublieft????
       Haar stoel draaide honderdtachtig graden. Ze keek hem aan, glimlachte, knikte en zei: ???Natuurlijk. Maar dan heb je het wachtwoord nodig. WACHTWOORD, dat is het wachtwoord.???
       Het was waar. Op de aangegeven plek tikte hij de cijfers in die overeenkwamen met de letters van het woord WACHTWOORD ??? 9224896673 ??? en de glazen deur schoof weg en verdween in de muur. Hij was weer vrij ??? maar waarom, dacht hij, hebben ze me hier vastgehouden? Waarom moet het vermeden worden dat longpati??nten over hun gaan en komen beschikken? Of zou de beveiliging er niet zijn voor hen, maar voor de slapers, die het al slaapwandelend op een lopen zouden zetten?

Wakker wandelde hij door de gangen van het ziekenhuis, probeerde de grenzen ervan af te tasten, en de kamer waarin hij de nacht zou doorbrengen te positioneren, in het gebouw, op de universitaire campus, langs de rand van de stad. Hij passeerde mensen in kamerjassen, dokters met loshangende stethoscopen rond de nek, een meisje met haar rechterhand stevig rond de stengels van een ruiker bloemen.
       Op een lagergelegen verdieping stond hij stil voor een glazen deur, op hetzelfde punt als waar boven hem de longafdeling begon. Hier was het glas beschilderd, in een beperkt, waterig kleurenpalet ??? rood, groen, geel, blauw ??? met bloemen, dieren en hemellichamen.
       En hij wist dat hij jaren geleden op deze kinderafdeling had verbleven ??? een week, misschien tien dagen ??? maar dat de pediatrie toen elders lag. Dat wil zeggen: deze gang, deze verzameling kamers, werd op een andere manier bereikt, door een gang die uitgaf op de lift en haaks op de kindergang stond; langs andere ramen op de buitenwereld, en voorafgegaan door een klein onbenoemd wachtzaaltje, met bruine fauteuils, van waar hij nu stond, op de plek vlak achter zijn rug. Maar vlak achter zijn rug bevond er zich nu een dubbele deur die uitgaf op een kale trapkoker ??? de nooduitgang.
       In een flits dacht hij, alsof dat mogelijk was, dat de kinderafdeling integraal en langs binnen ongeschonden was verplaatst ??? maar dan besefte hij dat de rest van het ziekenhuis was verbouwd, gereorganiseerd, aangepast. Als om zijn verbazing zowel te benadrukken als af te sluiten, sloeg hij vol met zijn rechterhand op een gele knop die naast de deur hing, als een lege maar perfecte halve sinaasappel, en samen met het klapgeluid schoof de kleurige deur weg. Een nieuwe gang strekte zich uit als een pas ontrold tapijt.


Lees meer in hij zal door alles heen groeien.