Op deze pagina's is het archief van DW B terug te vinden. Voor de actuele website ga naar: http://www.dwb.be

De lente

Verschenen in: De lente


???We
of all the small ones are today.???
- Juliana Spahr


???Het uur nul komt eraan. Voor jou en alleman. Wie weet klaart de dageraad aan de kim.???
- Jeroen Olyslaegers

 

Ik ben de 99 procent.
       
Het is mij ooit verboden om een schrijven te beginnen in de eerste persoon enkelvoud. Maar omdat deze constructie suggereert dat ik spreek namens een collectief, vermoed ik dat het wel mag. Het ???ik??? gaat hier op in een vooralsnog onbestemd ???wij???, al zal iedereen in dat percentage natuurlijk direct de signatuur van Occupy herkennen.1
       
Ge??nspireerd door de Spaanse 15 mei-protesten en de Arabische Lente bezette deze beweging vanaf 2011 wereldwijd financi??le centra als protest tegen onder meer de sociaaleconomische ongelijkheid en het sprinkhanengedrag van bankdirecteuren en beurshandelaars aller landen.
       
???Alles moet anders???, zei Occupy. En: ???Er moeten nu alternatieven komen voor het neoliberale hyperkapitalisme dat dag in dag uit slachtoffers maakt en verantwoordelijk is voor de financi??le meltdown die onze wereld teistert.???
       
Ik zei het met mijn menselijke microfoon graag na, terwijl ik dacht aan de woorden die Michael Moore uitsprak tijdens een demonstratie in Zuccotti Park, de bakermat van Occupy: ???I love the human microphone and I???ll tell you why. Because this isn???t just my voice or his voice or her voice. It???s all of our voices!???
       
Of echode ik te snel? Wie oproept tot een radicale ommekeer moet niet vergeten dat die woorden kunnen veranderen in daden. Of juister: dat in die woorden de revolutionaire act al besloten ligt. Ook kan het geen kwaad om eerst eens in de spiegel te kijken voordat het zinnetje klakkeloos wordt herhaald. Want in hoeverre heeft de spreekwoordelijke 99 procent, waartoe ik dus blijkbaar behoor, niet ook kunnen profiteren van de vruchten van het kapitalisme die vandaag zo bitter smaken? Daaraan heb ik, zo komt mij voor, minstens het dak boven mijn hoofd te danken, allerhande verzekeringen, meubels, elektrische apparaten (zoals de computer waarop ik deze inleiding schrijf), kleding, eten, drinken en noem maar op.
       
Volgens oud-minister van Financi??n Wouter Bos zijn we dan ook allemaal schuldig aan de kredietcrisis. In een uitzending van het televisieprogramma De wereld draait door (9 december 2008) laakte hij de consumptiementaliteit van onze westerse economie. Hij bekritiseerde ons ongebreidelde verlangen naar meer en meer dat banken aanspoorde tot het aangaan van steeds riskantere financi??le avonturen.
       
Daarin heeft hij gelijk, althans gedeeltelijk. Want de bovenbazen van deze wereld, de ???monopolisten van importantie??? (Fernando Pessoa), dragen ongetwijfeld meer schuld aan de economische malaise en de sociale ongelijkheid dan de 99 procent. Dan doel ik niet zozeer op de obscene zelfverrijking, om met oud-premier Wim Kok te spreken2, maar eerder op het achterliggende materialistische narratief dat dit gedrag in de hand werkt. De opperhoofden van de economie vertelden ons het verhaal van almaar toenemende groei en welvaart, van oneindige horizonten en gouden bergen ??? een sprookje waarin we allemaal maar wat graag wilden geloven.3
       
Inmiddels schijnen we beter te weten. Mammon bleek wederom een valse god en een handjevol van zijn profeten moet zich verantwoorden voor rechtbanken en onderzoekscommissies, die belast zijn met de vraag hoe het zo ver is kunnen komen.4
       
Het antwoord daarop is uiteraard niet zo snel gegeven, zoals ook de oplossingen niet onmiddellijk op tafel liggen Wat wij wel begrijpen is dat het anders moet. Niets lijkt zinlozer dan de reparatie van onze dolgedraaide financieel-economische systemen. Stapsgewijze vervanging ligt meer voor de hand, net als de politieke ideologie van waaruit ze zijn ontworpen. Het neoliberale project beschouwt mensen in de eerste plaats als economische objecten, en weigert mordicus om morele grenzen te stellen aan marktwerking.5 Is het mogelijk om daar een alternatief, beklijvend verhaal tegenover te zetten?6

In dit dossier ???De lente??? onderzoek ik twee sporen, die deels in elkaar overlopen. In de eerste plaats ben ik benieuwd hoe schrijvers, denkers en kunstenaars aankijken tegen verschijnselen als de Arabische Lente en Occupy, waarvan vooral het laatste fenomeen reminiscenties oproept aan ???Mei 1968???. Nu de kruitdampen in de Arabische wereld optrekken, moeten we maar al te vaak vaststellen dat de nieuwe lente verdacht veel op de oude lijkt en dat het nieuwe geluid toch veelal een echo is. Ook de meeste bezette financi??le centra zijn inmiddels ontruimd, soms uit eigen beweging, vaker op hardhandige instigatie van de staat. Het lijkt erop dat de revolutionaire extase stilaan heeft plaatsgemaakt voor de ontgoocheling van de status-quo. Dat kan cynisch stemmen, maar de vraag naar de mogelijkheid van een kritisch-positief engagement ook scherper stellen.
       
???Engagement???, het is een woordje waarvan sommige schrijvers en kunstenaars spontaan uitslag krijgen. Wie de Occupy-populatie wat nauwkeuriger bekijkt, komt evenwel opvallend veel representanten van de culturele sector tegen die onverminderd lijken te geloven in het politieke potentieel van kunst. In de tweede plaats probeer ik te achterhalen in hoeverre kunst en politieke betrokkenheid samengaan. Moeten kunstenaars zich mengen in het huidige maatschappelijke debat, of dienen zij zich juist verre te houden van het actuele gebeuren? Schuilt artistiek engagement vooral in de onderwerpskeuze, of komt de maatschappelijke betrokkenheid toch veeleer voort uit de formele ???eigenheid??? of relatieve autonomie van de kunst? En zijn kunstenaars eigenlijk nog wel bij machte om opini??rend naar buiten treden en effectief richting te geven aan de discussies over de wereld van vandaag?

Wie bedienen zich in dit dossier van de menselijke microfoon?
       
Lieven De Cauter krijgt als eerste het woord. Zijn ???Reflecties over de revolutie in Egypte??? (de titel bevat een duidelijke knipoog naar Edmond Burkes Reflections on the Revolution in France) zijn geschreven in het heetst van de strijd, tijdens de revolutionaire gebeurtenissen en kort erna. Na een proloog over de dialectiek tussen tirannie en anarchie ziet de auteur de menigte van ???genetwerkte producenten???, die door Michael Hardt en Antonio Negri werd voorspeld als een historisch revolutionair subject, aan het werk op Tahrir Square in Ca??ro ??? niet in het Westen dus maar in het Midden-Oosten. Hij diept zijn enthousiasme over deze menigte zonder leider en zonder programma uit in een derde reflectie over zwermintelligentie. Een vierde bespiegeling is een kleine filosofie van de woede als politiek affect bij uitstek. De Cauter rondt zijn meditaties af met een overdenking van de Arabische Lente en de eindbestemming van de geschiedenis. Zijn postscriptum, dat enkele korte regels bevat die een heel jaar beslaan, laat zich lezen als een deceptie zonder abdicatie.
       
Merijn Oudenampsen heeft eveneens oog voor de zwaktes van Occupy, maar erkent tegelijkertijd ook haar kracht. Aan de hand van een metafoor van de Italiaanse filosoof Paolo Virno karakteriseert hij de Occupy-beweging als een kapotte of slecht functionerende batterij, die zichzelf weliswaar oplaadt, maar de energie niet weet vast te houden. Alles ontlaadt zich in een klap. Desondanks is dit apparaat (waarvan de gebruiksaanwijzing zoek blijkt) een machtig en geraffineerd instrument dat wereldwijd het medianarratief over de financi??le crisis heeft kunnen bijsturen. Deze kracht, gebaseerd op haar radicale openheid, is echter tegelijkertijd haar fatale zwakte. Een theatrale enscenering van directe democratie als vorm van systeemkritiek, zoals getoond in Occupy???s kampementen, kan een katalyserende werking hebben, aldus Oudenampsen, maar het probleem van de beweging is dat zij haar eigen verbeeldende politiek als werkelijkheid is gaan beschouwen.
      
Christophe van Gerrewey begeeft zich in die wereld van het toneel. Op het Brusselse Kunstenfestivaldesarts 2012 stond Der kommende Aufstand nach Friedrich Schiller geprogrammeerd, een toneelstuk van het Duitse collectief andcompany&Co. Het sleutelmoment, halverwege de voorstelling, was de uitspraak: ???Iedereen die een beter leven wil, mag nu opstaan.??? Wat daaraan voorafging en wat erop volgde, voorzag deze invitatie van een historisch maar ook actueel kader. Zo werd het stuk een reflectie over wat een beter leven zou kunnen inhouden ??? en voor hoeveel mensen tegelijkertijd. Schaart Van Gerrewey zich onder de 99 procent die streeft naar een beter leven? Dat hij zijn essay begint in de eerste persoon enkelvoud en eindigt in de wij-vorm mag misschien veelzeggend heten.
       
Ook Erwin Jans kocht een kaartje voor de schouwburg. Hij schrijft over de Libanese theatermaker Rabih Mrou??, die vanuit een bijzonder perspectief kijkt naar de Arabische Lente. Libanon is door zijn geopolitieke ligging, zijn radicale opdeling en zijn bloedige burgeroorlog een land zonder veel uitzicht op een Lente. Die ervaringen hebben Mrou?? sceptisch gemaakt over kunst als vorm van politieke actie. Kunst is niet militant, maar stelt uit, schept ruimte. Die ruimte is nodig om na te denken over de massa aan beelden die elke dag over ons wordt uitgestort. Vanwaar komen die beelden? Wat betekenen ze? Wat doen we ermee?
       
Alles begint met het stellen van vragen, met het rijzen van twijfel. Om de les van een wijze te parafraseren: we gaan van twijfelen naar denken naar zijn. De twijfel schrijft het gedicht van de waarheid. Volgens Jan Lauwereyns gaat het om een verzameling zonnevlekken: donkere oneffenheden in de zon, gebieden van lagere oppervlaktetemperatuur, tekenen van vooralsnog weinig begrepen activiteit. Ze vormen zich waar lussen in het magnetisch veld van de zon de oppervlakte kruisen. Snijdend door de werkelijkheid blijken ze zowel drijvende kracht als weerspiegeling van de verandering te zijn. Voor dit dossier koos en vertaalde ik vier zonnevlekken uit Lauwereyns ???The Truth Poem???.7
       
Samen met Anne Vegter schreef ik het gedicht ???Koopkracht???. De schuldvraag stamt uit de tijd dat slangen konden spreken en twee geliefden doolden door het Paradijs ??? een hof waar je zomaar uit kan worden gezet: ???Tweevoeter, veelvraat. Exit Paradijs. Daarna het muntgeld / (rinkelt in je broekzak).???
       
Aan de hand van de aanschouwelijke metafoor van het plaskruis (voortbouwend op ??i??eks hegeliaanse drie-eenheid van toiletpotten) geeft Dani??l Rovers een overzicht van de economische politiek die de acquitstoot gaf voor de Occupy-protesten. Deze schets brengt hem tot een korte beschouwing over de rollen die kunstenaars in deze tijden van crisis kunnen of misschien zelfs wel moeten vertolken. Politiek, zo stelt hij, is net zomin als kunst een invullingoefening waar na vier jaar uiteindelijk de meeste stemmen gelden. Veeleer gaat het om de wil en het blijvende geloof om structuren te buigen, en ten strijde te trekken.
       
Lucas H??sgen heeft zo zijn bedenkingen bij die overweldigende veranderingsgezindheid van Occupy. In zijn bijdrage vraagt hij zich af waarom hij afstand bewaarde ten opzichte van een hem in beginsel sympathiek programma, waaruit minstens het geloof in een rechtvaardiger, democratischer wereld spreekt. Volgens H??sgen richtte Occupy zich te veel op welstandsverdeling, terwijl de natuurlijke hulpbronnen om die welvaart evenredig te verdelen begrensd zijn en dus een andere omgang met de ecologie vereisen.
       
De status van Occupy blijkt sowieso dubbelzinnig: het was een protest, maar ook een poging om op experimentele wijze de stad te gebruiken als sociale ruimte, aldus Samuel Vriezen. Hij maakte deel uit van een in Amsterdam opererende groep kunstenaars, die een eigen tent had ingericht. Daar gaf de ongedefinieerdheid van de ruimte van Occupy aanleiding tot artistiek-politieke reflectie en theorievorming. Dagelijks kwamen kunstenaars, denkers en activisten bij elkaar om teksten te lezen, en later ook om teksten te produceren. Die vormden een theoretische verwerking van wat zich tijdens de protesten precies voltrok. Geleidelijk aan voorzagen deze teksten Occupy van een meer uitgesproken politieke agenda. De vier korte essays van Vriezen zijn een spin-off van dit project, die het probleem van een alternatieve politiek gestalte proberen te geven en de politieke houding van Occupy trachten te duiden.
       
Welke rol speelt de jeugd hierbij? Onze jongste generaties kregen nog geen bezoek van het koningskoppel Ontgoocheling & Desillusie, al sluimert bij velen inmiddels het besef dat hun toekomst in materieel opzicht niet per se rooskleuriger zal zijn dan het verleden van hun ouders. De opwaartse mobiliteit lijkt vooralsnog gestuit, maar zijn er ontsnappingsmogelijkheden? Marc Kregting gaat na wat de zoektocht van de jongeren naar politieke alternatieven zoal behelst. Met de econoom Joseph Stiglitz stelt hij  aan het eind van zijn bijdrage nuchter vast dat de jeugd alleen een toekomst heeft als die ook geboden wordt.
       
De stem van beeldend kunstenaar Jonas Staal (de benjamin onder de medewerkers aan dit dossier) klinkt als laatste. In zijn bijdrage onderzoekt hij de betekenis van de kunstpraktijk als we die begrijpen als deel van de hedendaagse, internationale democratiseringsbeweging die streeft naar fundamentele democratie. Het mede door hem opgerichte project ???New World Summit??? fungeert hierbij als concrete casestudy. Deze artistiek-politieke organisatie ontwikkelt politieke ruimten waar een verkenning kan plaatsvinden van een principieel egalitaire politiek. De aandacht gaat in eerste instantie uit naar organisaties die op internationale terreurlijsten staan en daardoor geen rol meer spelen in het democratische proces. Maar dankzij zogeheten ???grijze zones??? in het juridische systeem slaagt New World Summit erin de uitsluitingsmechanismen te omzeilen en deze organisaties alsnog een internationaal podium te bieden.
       
Staals essay, ???Het Onvoltooide???, eindigt bewust zonder punt. Ook dit dossier wil liever geen eindmarkering aanbrengen, maar een eigen tent opzetten en vanuit de kunst nieuwe perspectieven bieden op het politiek-maatschappelijke vertoog. Nog 1 procent te gaan.


Noten

1. Critici van de beweging lezen in dit percentage een typisch marxistische inclusieve terminologie. Die zou mensen opzadelen met een ???vals bewustzijn???, dat alleen kan worden veranderd door onderwerping aan inzichten van de partijlijn. Tegelijkertijd wordt Occupy echter verweten geen duidelijke politieke eisen te stellen en geen leiders te hebben. Volgens Noam Chomsky, die Occupy vanaf het prille begin steunde, schuilt in het laatste nu juist de kracht van de beweging. In zijn pamflet Occupy (2012) adviseert hij de beweging: ???They should have proposals and ideas, and there doesn???t have to be agreement on them. There???s a good reason to ???let a hundred flowers bloom???.???
2. Als royaal betoelaagde commissaris van onder meer ING Groep, TPG Post, Shell en KLM schaarde hij zich evenwel achter de eerder door hem verketterde ???ordinaire zakkenvullers??? door zich uit te spreken voor de bonuscultuur en topsalarissen. Maatschappelijke verantwoordelijkheid laat zich per slot van rekening maar moeilijk rijmen met vennootschapsbelang, zo verklaarde hij tegenover de Commissie De Wit.
3. In zijn studie De utopie van de vrije markt (2012) toont filosoof en theoloog Hans Achterhuis overtuigend aan dat onze vrijemarkteconomie niet spontaan tot stand kwam, maar een door neoklassieke of neoliberale economen bewust nagejaagde utopie betreft. Bouwstenen voor die ultrakapitalistische droom vonden de neoliberale utopisten bij onder anderen Ayn Rand, een hier wellicht niet al te bekende filosoof en romancier, die in haar fascinerende en spannende boek Atlas Shrugged (1957) een stevig pleidooi houdt voor het duo Ego??sme en Kapitalisme.
4. Op de website van De Groene Amsterdammer reflecteert Koen Haegens op het religieuze karakter van het kapitalisme: http://www.groene.nl/2012/31/gelovigen. Voor de meeste evangelisten van het grote geld (kredietbeoordelaars, accountantskantoren) is het echter business as usual, al dan niet met dank aan hun gehaaide advocaten.