Op deze pagina's is het archief van DW B terug te vinden. Voor de actuele website ga naar: http://www.dwb.be

We bewegen onze ogen niet en we zien


        ???Sermoni propriora.???

        Horatius

We zouden het eens moeten hebben over het zuivere nut van theorie. Over het gedicht, ???The Pure Good of Theory??? van Wallace Stevens, dat een pleidooi bevat voor cognitieve verwerking. Betekenis speelt pas later mee, zeiden we, na de rust, de rouw, de refractaire periode. Maar is het wel zo eenvoudig? Wat is de betekenis van zo???n refractaire periode? Hoe kan een dorre stilte vol uitgestelde emoties zichzelf voordoen als een zwangerschap, een toekomstige gebeurtenis? De pauze, het interval ??? zou het een zwart gat kunnen zijn? Een raadselachtige vorm van antimaterie met een ultieme zwaartekracht die ons opslokt? Het is niet zomaar een time-out, er verandert ook iets. Het gaat niet alleen om een fysiologie die zich opnieuw herstelt, om hormonale functies die hun evenwicht terugvinden. Het is op zich al een vorm van rationele verwerking, een opwekken van de noodzakelijke voorwaarden voor betekenis. Die blinkende ogen, zwemmend in ingehouden tranen, staren niet echt in het ijle tijdens die dorre stilte. Misschien zijn ze net gericht op het allerdiepste, het meest abstracte? Op platonische beginselen, voor ze de vorm aannemen van beelden? Gericht op de Tijd bijvoorbeeld, de verschrikkelijke idee van de Tijd, die ons het duidelijkst in de steek laat als we onze handelingen onderbreken. Hoe rustiger we zijn, onze adem ingehouden, roerloos, hoe heviger het voorbijgaan van de Tijd. Heviger, creatiever. Ontstaat het moment van creatie in dit heftige voorbijgaan?

Dit is onze gewone meegaandheid. Dit is wat we bereiken met de bewust angstige onderwerping aan de wetten van de tijd. ???The horse that runs without a rider on a road at night??? is gelijk aan het kloppen van het hart, twee keer, actief en passief, het hart dat wordt geklopt, het slachtoffer van de tijd, en het hart dat klopt, de gangmaker van het hart, de maker van de tijd. Als we nagedacht hebben over de diepste structuur van de Tijd, als we het eenzame (apocalyptische?) paard ???s nachts voorbij hebben zien komen, dan beginnen we ook te rennen, niet als een paard of als een ruiter, niet eens met het paard, maar als een ander dier. We omhelzen het Leven. De onderwerping aan de wetten van de tijd veroorzaakt een brandend verlangen om voort te gaan, een wens naar meer, op onze voorwaarden, zelfs al weten we nog niet wat het is of waar we het zullen vinden. Dit is de essentie van het genie, het fundamentele vertrouwen in de noodzaak om onze eigen weg te gaan. De aanvaarding van het Leven inspireert ons tot een vorm van rusteloosheid, we zijn het beu ziek te zijn, ons suf te piekeren in een heerlijke depressie. We moeten bewegen, zelfs als we niet weten wat of waar. Onze zintuigen leiden ons. Is dit het moment waarop het plots verschijnen van een bewegend voorwerp (een van die vogels in de vlucht) onze blik kan verstoren, onze hernieuwde aandacht kan vangen? Beantwoorden we aan een interactief model van aandacht? De strakke vlucht van de roek, lijsters die elkaar het hof maken, duizenden nachtegalen die zingen in de sneeuw ??? ze kunnen alle de fysieke, opvallende aanzet zijn die de kracht heeft om onze aandacht te beheersen, alleen wanneer (en hier komt onze hogere cognitieve context) we het eenzame paard ???s nachts voorbij hebben zien komen.

Vertel me genoeg maar niet te veel. Licht de sluier op maar toon niet te veel. Geef zodat ik de hemel volledig bereik op het verdwijnpunt. Neem zodat ik de wereld kan geven die ze zong en al zingend maakte. Is dat mogelijk voor ons, ongelovigen? Voor ons die in niets geloven, tenzij in de vele waarheden van alles, dat wil zeggen, al wat is, de alef, het oneindige meervoud, de uitgebreidheid, de ontelbare mogelijkheden van wat gezegd en gedaan kan worden. Er is betekenis en er is betekenis, en nog een betekenis, en betekenissen vertakken zich, dat doen ze zeker wel, toch? Vragen ontstaan, ongetwijfeld, onvermijdelijk, en antwoorden komen nooit twee keer op dezelfde manier terug, en als ze dat toch doen, hebben ze dat altijd gedaan, en hebben ze eigenlijk nooit bestaan, omdat hetzelfde niet hetzelfde is. Er is betekenis, en er is geen betekenis, en het een is niet het ander. Leven heeft betekenis, maar het leven heeft er geen. De noodzakelijke eenzaamheid heeft betekenis, en haar eenzame ronddolen ook, maar er is ook het besef dat er niets anders is, hoger of daarboven, lager of daaronder. Wat er is, bevindt zich vlak voor ons. Niet meer, niet minder. Zingt het? Zingen wij soms? Natuurlijk doen we dat. Kun je het niet horen? Het juiste woord, zoals een juist inzicht, definieert een nieuw object. Het ademt nieuw leven van de derde soort, het bovenaardse, of het immateri??le. Het cre??ert of onderscheidt een ding, of liever, de gedachte of meme van een ding, dat er niet was. Op die manier kunnen we het delen, kunnen we dingen doen zoals Coleridge lezen. Zo werkt de verbeelding. Het is de ware aard van de hoogste emotie, de zuiverheid van abstracte gegevens, vrij van elke biologische onderlaag. Stervend zullen we niet sterven, de slang had gelijk, de vreselijke God van Milton was alleen maar jaloers omdat we doordrongen zijn van het ware denken. Kun je het niet horen? Waar is jouw oerverbeelding? Luister goed. Ja, we moeten goed luisteren. We zullen, we moeten de allereerste noten ervan horen. Kunnen we ze vangen? Kunnen we ze neerschrijven, kunnen we de hele partituur echo??n? Ons brein, ons po??ticale genie, de echomaker? Kunnen ze veranderen en plezier verschaffen? In theorie?


Vertaald door Els van de Perre.
Lees meer in De wederkerigheid van woorden.