Op deze pagina's is het archief van DW B terug te vinden. Voor de actuele website ga naar: http://www.dwb.be

Het onzichtbare van geweld. Over de verschrikkelijke zachtaardigheid van Shoichiro Iwakiri

Bezoeken we ??? willekeurig, niet toevallig, met kennis van zaken, met wetenschap en ervaring, een dosis vooringenomenheid, voorzien van een stel bayesiaanse voorspellingen ???, bezoeken we Poetry International Web, Hollands en goed (Hollands maar goed?), ingetikt als we hebben, als we hadden, per Google, ???iwakiri??? + ???rotterdam???, volgen we nog, Lauwereyns? Van Adrichem?, we volgen, doe dit ons dus na, Arnoud, Jan, wij doen ons dit na, ons iks in de echoput, we klikken op de eerste link, beste lezer, beste klikker, we belanden recht in de slangenbezwerende, divergerende ogen van een meneer met werkelijk overdreven lange bakkebaarden en komen ter rechterzijde een belofte tegen, de belofte van iets visueels, een poetry clip, met de onmiskenbaar bekoorlijke titel ???Grass Notes???, Ashbery maal Whitman, dat kan niet missen, dat moet goed zijn.


Figuur 1: De slangenbezwerende divergerende ogen van een meneer met werkelijk overdreven lange bakkebaarden.

En kijk, we kijken, een jong ogend meneertje van bijna vijftig, in de clip jonger dan op de foto, de bakkebaarden aanzienlijk ingekort, een nette zwarte broek, een sober, donkerblauw polohemdje, hij praat, het meneertje, een beetje aarzelend, Engels met ??? verrassend, niet verrassend ??? een Frans accent, de moeder stelt de Japanse cultuur voor, zegt hij, zegt het, en hij of het, schakelt naar haar, naar die taal van haar, het Japans te snel, te gejaagd voor de tekst van de op het eerste gezicht zo bedaarde ???Grass Notes???.
       We klikken nogmaals, terug, een nieuw begin. Hij is ???a city man???, zegt hij, die nogal vaak over de natuur zingt, ???it is because, I think, I live in the city I can objectify the countryside???, een diepgaande bekentenis, voil??, met een onschuldig grijnslachje, de voorwerpelijkheid der dingen, zegt de parafrase, laat zich zien in wat er niet is, of: om te zien wat er is, moeten we ergens anders zijn ??? zoek je iets? Hier is het niet, per definitie, nooit, ???fluisterend: bij mij is zij niet; / nee, hier vind je het niet; / in mij is zij niet??? (Hans Faverey, Verzamelde gedichten, p. 399). En ja hoor, en of we erop los mogen interpreteren, in full pursuit of signs, hij, Iwakiri, het jong ogende meneertje, is een onbeschaamde symbolist, er is het gewone leven, geeft hij toe, geeft het toe, maar ???I changed this reality into a symbolic one???, Lacan of geen Lacan. Er is wat er niet is, meer dan de dingen van deze aarde. Maar wat?

       Het getuigt van modder tout court.
       Het getuigt van hopen modder, massa???s modder.

      
Jeroen Theunissen, De onzichtbare, p. 34

De nuchtere denker van de vroege eenentwintigste eeuw lijkt niet meer gewend voorbij de oppervlakte te graven ??? er zit in die bovenlaag al slijk genoeg, met gevaar op letterlijk, eerder dan freudiaans, displacement in de vorm van een aardverschuiving ??? vorige week nog ????n in Auckland, twee Maori dood bij het verhuizen van een houten ziekenhuisje.
       Wie luistert nog naar ???la Nature??? en haar ???confuses paroles??? in de wouden van symbolen? Daar vallen nochtans, evenwel, pourtant, allerlei oneindigheden te snuiven, ???parfums [...] corrompus, riches et triomphants, // Ayant l???expansion des choses infinies, / Comme l???ambre, le musc, le benjoin et l???encens, / Qui chantent les transports de l???esprit et des sens??? (Baudelaire, Les fleurs du mal et autres po??mes, p. 40), correspondenties inderdaad, van de bloemen van het kwaad, die zingend vervoeringen bewerkstelligen, van geest en zinnen. Wat niet hier is, het oneindige ??? niet voor niets een kwaadaardig iets, kwaadaardig in de zin die William Blake eraan gaf (Poems and Prophecies, p. 43), een fundamentele vorm van energie, een ultieme vernietigingskracht, een dulle vlam van verlangen, die toevallige samenstellingen in de tijd en in de ruimte ongedaan maakt.
       Wie luistert nog? Wie laat zich vervoeren en ziet de oneindigheid van wat er niet is? Hij bekende al op video. Shoichiro Iwakiri (1959) doceert Franse letterkunde aan de prestigieuze International Christian University te Tokio. In zijn academische hoedanigheid legt hij een bijna monomane interesse aan de dag voor het werk van bovengenoemde Charles Baudelaire, maar (en ook?) in zijn eigen gedichten lijkt hij door en door Japans, met uitgepuurde lyrische waarnemingen van de seizoenen, de mens en de natuur, die altijd een stapje naar het oneindige lijken te willen zetten. Zijn werk staat in de geest veel dichter bij de ???echte??? haiku dan de onophoudelijke stroom 5/7/5-lettergrepige producten van fanatieke haikudichters als Ban???ya Natsuishi en Bin Akio, die zich specialiseren in het moderniseren (lees: banaliseren ??n bruuskeren) van een fragiel ritueel.
       Iwakiri maakt observaties die haast ongemerkt veranderen in metaforen (???de maan lijkt weg te spoelen in het schuimen van druivenpitten???). Of andersom, soms begint hij met vage bedenkingen of herinneringen die zich gaandeweg ontpoppen tot een ding in de werkelijkheid of een po??tisch aforisme. Zo leidt de anekdote van een bezoek aan een oud geworden moeder tot de vaststelling: ???en zo zit ze daar, als een paarse bloembak die door dauw is beginnen rotten???. (Euh, dit is diezelfde moeder uit ???Grass Notes??? die Iwakiri in de poetry clip kort en bondig gelijkstelt aan de Japanse cultuur.)
       De opgeroepen gemeenplaats is die van het zenboeddhisme, wars van het hectische leven in een metropool als Tokio. Het is een fenomeen dat zich wel vaker heeft voorgedaan in de Japanse literatuur (Yasunari Kawabata is wellicht het bekendste voorbeeld): door een intense studie van de westerse literatuur stelt de Japanse persoonlijkheid zich scherper. Iwakiri schept een louter literaire ruimte die bescherming biedt tegen de chaos van alledag en laat ???zien wat broos was, weten wat bedreigd werd???.
       Die broze en bedreigde dingen blinken op in zonlicht dat door de bladeren schijnt, om met een halve titel van Iwakiri te spreken. Dan staat er plots: ???uit vingers losgelaten vloeit een zandkorrel als water naar een duistere ster???. Elke lettergreep heeft zijn onvervangbare gewicht in een subtiel klankspel (dat we hier slechts kunnen benaderen), een minimalistische oefening die begeleid zou kunnen worden door het stromen van een kreek, het druppelen van regen of een muziekstuk voor koto, een klassiek Japans snaarinstrument. Deze po??zie eist dan ook complete ontvankelijkheid van de lezer of luisteraar en resoneert pas ten volle als men zich realiseert dat de woorden zelf broos en bedreigd zijn. Het is een bewustwording die paradoxaal werkt, het verlangen naar die kleine dingen en kwetsbare woorden versterkt en daarmee minstens een hartverwarmende hulde brengt aan ???zeepok en waterluis, op de rotsachtige kust???.
       Maar klopt dat wel? Kan de hedendaagse mens die gemoedstoestand ooit bereiken en ??cht genieten van de minimalistische oefening als dusdanig? Of zitten we noodgedwongen op een crosscultureel kruispunt, met Iwakiri, de francofiele Japanner, tegenover ons, zijn Nederlandstalige leesgemeente, met vele malen wederzijds onbegrip (en alle malen zullen wij niets verhalen, om even niet met Leo Vroman te wenen)?
       Als Iwakiri met Baudelaire spreekt, kunnen wij natuurlijk de tegenovergestelde beweging maken, ons krachtig onderdompelen in, laten we zeggen, ???de Aziatische cultuur??? ??? al bestaat de kans natuurlijk dat zo???n confrontatie juist ook de (onverbeterlijke? door en door corrupte!) ziel van de westerse mens accentueert. So be it. Want laten we w??l wezen: wie heeft er niet ooit geprobeerd om tijdens een regenbui de afzonderlijke druppels uiteen te horen spatten op de straatstenen?


Lees meer in hij zal door alles heen groeien.