Op deze pagina's is het archief van DW B terug te vinden. Voor de actuele website ga naar: http://www.dwb.be

Tijdschriften 2009 4: ZemZem; De tweede ronde

Auteur: Sven Vitse

 

ZemZem ??? ???Khomeini???s erfenis. 1979-2009???
2008, nummer 3 ??? www.zemzem.org
De tweede ronde ??? ???Iraans nummer???
lente 2009

Dertig jaar geleden, in 1979, vond een van de meest ingrijpende politieke omwentelingen van de recente wereldgeschiedenis plaats: de islamitische revolutie in Iran. Een coalitie van religieuze, seculiere en linkse bewegingen bracht in 1979 het regime van de Amerikaans geori??nteerde sjah Pahlavi ten val en bracht de uit ballingschap teruggekeerde ayatollah Khomeini aan de macht. Dit betekent echter niet dat de Iraanse bevolking sindsdien eensgezind achter dit streng islamitische regime staat: de politieke strijd tussen progressieve en conservatieve fracties woedt de laatste jaren hevig. In 2005 moest de zetelende president, de hervormingsgezinde geestelijke Mohammad Khatami, het afleggen tegen de radicaal conservatieve Mahmoud Ahmadinejad, een strenge ideoloog afkomstig uit de kringen van de revolutionaire garde. De alom betwiste overwinning van Ahmadinejad in de recente presidentsverkiezingen toont aan dat deze strijd nog niet beslecht is.
      
Twee tijdschriften, ZemZem en De tweede ronde, besteden ter gelegenheid van de dertigste verjaardag van de islamitische republiek bijzondere aandacht aan Iran. ZemZem, een tijdschrift voor arabistiek en islamstudie, focust daarbij op politieke en maatschappelijke aspecten; het literaire tijdschrift De tweede ronde laat Iraanse schrijvers, dichters en essayisten aan het woord. Beide nummers samen schetsen een beeld van onderdrukking, censuur en politiek geweld ??? zowel onder de sjah als onder de ayatollahs ??? met als enig mager lichtpuntje de ontluistering van de westerse geopolitieke en culturele overmoed.
      
De geschiedenis blijkt ook in Iran als een sarcastische boemerang te werken. Een democratische opening werd in 1953 effici??nt geblokkeerd toen de Verenigde Staten het regime van de sjah installeerden. Die meende dat westerse speeltjes voor de stedelijke bovenlaag een autoritair en wreed beleid konden legitimeren, en groef ??? o ironie van de geschiedenis ??? zijn eigen graf toen hij in 1962 een ingrijpende landhervorming doorvoerde. Die hervorming onteigende namelijk vele boeren, die vervolgens massaal naar Teheran trokken. De cultuur- en welvaartskloof tussen de westers geori??nteerde metropool en de conservatieve plattelanders in de sloppenwijken cre??erde dan weer de voedingsbodem voor het islamitische verzet. Of zoals Amir Hassan Cheheltan schrijft in De tweede ronde: ???In februari 1979 kon je de helft van alle revolutionaire leiders met een plattelandsaccent horen spreken.??? Zo leidt een keten van historische vergissingen ertoe dat de eeuwenoude Perzische beschaving vandaag geleid wordt door mannen die liever niet met vrouwen op ????n voetpad wandelen.
      
ZemZem slaagt erin om de situatie in Iran en omstreken uit te leggen zonder met hysterische liberale banvloeken te zwaaien en biedt alleen al om die reden weldadige lectuur. Eva Patricia Rakel licht het politieke systeem van Iran toe, ontwikkeld door Khomeini op basis van het principe ???velayat-e faqih, de heerschappij van de religieuze wetgeleerde???. Centraal in het systeem staat de spanning tussen (niet-verkozen) religieuze en (verkozen) republikeinse instituties: drie raden van geestelijken houden toezicht op de opperste leider (sinds 1989 ayatollah Khamenei) en op de president en het parlement. Partijen zijn er in dat parlement niet, maar wel ???fracties, zonder duidelijke organisatie of programma??? ??? de ultrareligieuze conservatieve fractie (met de neoconservatieve groep rond Ahmadinejad), de economisch liberale pragmatische fractie en de min of meer progressieve reformistische fractie (van Khatami). Dit systeem is taai en stabiel, maar sluit machtsverschuivingen niet uit.
      
Joas Wagemakers gaat in op de verhoudingen tussen de sjiitische republiek en de overwegend soennitische Arabische landen in de omgeving. Het religieuze conflict (over de vierde opvolger van Mohammed) tussen soennieten en sjiieten blijkt vaak ondergeschikt te zijn aan politieke conflicten. Iran wordt steevast in ????n adem genoemd met het sjiitische Hezbollah in Libanon, maar ook Palestijnse soennitische organisaties als Hamas en Islamitische Jihad vinden in Iran een partner in hun strijd tegen Isra??l. De belangrijkste soennitische tegenstanders van Iran waren dan weer het Irak van Saddam Hoessein, waarin een soennitische minderheid een sjiitische meerderheid onderdrukte, en Saoedi-Arabi??, dat bang was voor de verspreiding van het revolutionaire gedachtegoed. De retoriek is religieus, de inzet doorgaans politiek. Aan soennitische zijde bevinden zich echter ook puristische stromingen als het wahabisme en het salafisme (populair in Saoedi-Arabi?? en bij Al-Qaida), waarbij zelfs politieke pragmatiek het niet haalt op religieus fanatisme.
      
Terwijl deze politicologische uiteenzettingen blijven hangen op het abstracte niveau van staten en instituties, geven de verhalen in De tweede ronde een veel concreter beeld van de situatie in Iran. De keuze van de auteurs en de teksten wordt niet toegelicht, maar diversiteit was wellicht een belangrijk criterium. Sadeq Hedayat (1903-1951) schreef zijn modernistische proza lang v????r het regime van de sjah; Djalal Al-e Ahmad (1923-1969) steunde de links-nationalistische beweging die door de sjah in 1953 de kop werd ingedrukt en bleef altijd protesteren ???tegen de sjah-dictatuur???; Iraj Pezeshkzad (1928) genoot een vooraanstaande positie onder de sjah en leeft sinds 1979 in ballingschap; Shariar Mandanipour (1957) en Monirou Ravanipour (1954) kwamen beiden in aanvaring met het islamitische regime en verblijven tegenwoordig in de VS. Eigenlijk ontbreekt enkel het perspectief van het regime en zijn ideologen zelf.
      
???Een opwindende avond???, het verhaal van Ravanipour, is duidelijk opgezet als een sociale aanklacht: de geheime afspraakjes van een gescheiden vrouw en een weduwnaar in Teheran, tegen de achtergrond van de oorlog tussen Irak en Iran, illustreren de strenge morele code en de verstikkende sociale en politionele controle die hem afdwingt. Een man en een vrouw mogen enkel samen worden gezien als ze getrouwd zijn of nauwe familiebanden hebben. Het koppel loopt dan ook altijd het gevaar dat ???een jongeman kwam vragen wat hun familierelatie was???. Ravanipour laat enkele heikele situaties de revue passeren. Wanneer een ???patrouillewagen??? passeert, trekken ???alle vrouwen [???] vlug hun hoofddoek over het voorhoofd???. En in een restaurant mag de vrouw niet betalen, omdat de mensen in dat geval zouden ???denken dat [ze] geen familie van elkaar zijn???.
      
Interessanter in literair opzicht en niet minder onthullend is ???Sara en Dara ??? een gecensureerd liefdesverhaal??? van Mandanipour. Daarin doet de verteller zich voor als een Iraanse schrijver die een liefdesverhaal wil publiceren in zijn vaderland en dus de censuur van ???het ministerie van Cultuur en Islamitische Begeleiding??? moet zien te omzeilen. Strikt genomen zijn er in Iran geen beperkingen op de productie van boeken, maar wel op de distributie ervan. De censor van dienst laat de tekst woord voor woord door zijn achterdochtige darmenstelsel circuleren en besnuffelt naderhand het resultaat van zoveel parano??de peristaltiek. Meestal is het oordeel dat de auteur ???de publieke moraal en traditionele waarden van de samenleving in gevaar brengt???.
      
In de islamitische republiek is werkelijk alles politiek, van de naakte armen van een vrouwelijk personage tot de verliefde blik van een ongehuwd koppel. Zelfs de namen Sara en Dara houden een politiek statement in, aangezien ze verwijzen naar een leerboek uit de tijd van de sjah. Dat betekent niet dat Mandanipour terugverlangt naar de sjah; hoogstens spreekt uit zijn verhaal ontgoocheling, omdat de revolutie van communisten, intellectuelen en geestelijken in 1979 tot een religieuze dictatuur heeft geleid. Zoals uit de bijdrage van Ronald Bos aan ZemZem blijkt, hadden de schrijvers het onder de sjah niet beter dan onder de ayatollah: velen van hen kwamen destijds via de linkse oppositie in de gevangenis terecht. Slechts ???tot anderhalf jaar na de revolutie van 1979??? was er enige openheid, die de publicatie van ???verboden boeken uit de tijd van de sjah??? mogelijk maakte.
      
De overeenkomsten tussen de monarchie (van de sjah) en de islamitische republiek zijn ge??mpliceerd in het verhaal van Cheheltan, ???Het groene bladervenster???. Een jonge onderwijzer en auteur van kritische kinderboeken wordt door ???de nationale veiligheidsdienst??? opgepakt, weggevoerd en vermoord. Volgens de vertaler verwijst dit verhaal naar een politieke moord in 1968 door ???de geheime dienst van de sjah???. De optimistische voorspelling van de onderwijzer dat er ???een dag zal aanbreken waarop ons volk zich niet meer laat uitbuiten???, laat zich in dat opzicht lezen als een aankondiging van de islamitische revolutie. Tegelijk betreft deze literaire aanklacht natuurlijk ook de periode na de revolutie, waarin volgens Ronald Bos evengoed schrijvers werden vermoord, bedreigd en veroordeeld.
      
Het verhaal van Pezeshkzad, ???Verlate gevolgen van de revolutie???, anticipeert weliswaar op ???de ??? nog geenszins nabije ??? redding van het vaderland???, maar steekt toch vooral de draak met de in ballingschap verblijvende getrouwen van de sjah. Deze bejaarde mannen wijten al hun kwalen, tot hun impotentie toe, ???aan de Iraanse revolutie en het leven in ballingschap???. De verteller neemt afstand van de ???complottheorie??n??? die deze notabelen van het oude regime opdissen, maar blijft nogal vaag over ???de echte slachtoffers van de revolutie???. Bedoelt hij daarmee de westers geori??nteerde elite in ballingschap (zoals de auteur van dit verhaal), de linkse revolutionairen, de Iraanse vrouwen of de achtergebleven bevolking in het algemeen? Dit verhaal is ideologisch wrang: moet je sympathie hebben met de medestanders van een wreed regime, alleen maar omdat hun opvolgers op hun manier ????k wreed zijn?
      
De tekst die mij het meeste aanspreekt, is merkwaardig genoeg volstrekt apolitiek. ???Levend begraven??? van Hedayat is een razende monoloog van een su??cidale verteller, die beweert ???volledig bij [zijn] positieven??? te zijn en ???geen onzin??? uit te kramen, maar die perfect past in een modernistische traditie van onbetrouwbare vertellers. Po??ticaal is deze gestoorde vertelling wellicht vooruitstrevender dan het (technisch) brave sociaal-realistische proza van bijvoorbeeld Ravanipour, dat inhoudelijk politiek ge??ngageerd is. Maar die discussie over politiek en literatuur wordt hier helaas niet gevoerd. Nochtans biedt de casus Iran een uitstekend uitgangspunt hiervoor: welke literaire strategie??n zijn het meest geschikt om verzet aan te tekenen tegen een daadwerkelijk repressieve overheid? Er zijn landen waarin die discussie wel degelijk relevant is.